Een longembolie is een vervelend en gevaarlijk medisch probleem. Het is een bloedprop dat vastloopt in één of meerdere bloedvaten van de long. Toch is het lang niet altijd duidelijk en voelbaar of iemand een longembolie heeft.
Een longembolie kan namelijk veel klachten geven, zoals bijvoorbeeld kortademigheid. Maar sommige patiënten weten niet eens dat ze een longembolie hebben, totdat ze per toeval in het ziekenhuis verschijnen. Daarom gaan we dieper in op wat een longembolie precies is en wat de gevolgen daarvan zijn. Maar let op: raadpleeg bij twijfel altijd een arts. Het is niet verstandig via het internet als vervanger voor een medisch specialist te gebruiken.
Klachten
Een longembolie kan veel klachten geven, zoals bijvoorbeeld kortademigheid en pijn op de borst. Patiënten die last hebben van een embolie moeten ook vaak hoesten, en geven daar soms ook een beetje bloed bij over.
Daarnaast zijn hartkloppingen en koorts een goede indicatie voor een longembolie. Bij twijfel is het altijd verstandig een arts in te schakelen, en niet te lang met de klachten door te lopen. Het kan zelfs dodelijk zijn om te lang door te lopen met deze klachten.
Longembolie dodelijk
Een longembolie is een serieuze medische klacht die de dood tot gevolg kan hebben. Dat is mogelijk doordat een embolie eigenlijk een stolling in de bloedvaten van de longen betreft. In de meeste gevallen gaat het om een stolling in één van de slagaders in de long.
Een stolling in het bloed kan ook leiden tot stollingen op andere plekken in het lichaam, waardoor er trombose optreedt. Het bloed loopt dan vast in de longslagaderen, waardoor er minder bloed naar de longen kan stromen. Bloed is voorzien van zuurstof, wat betekent dat de longen indirect minder zuurstof hebben. Daardoor ontstaat er soms ‘hypoxemie’. Dat is een ander woord voor ‘te weinig zuurstof in het bloed’.
Ten slotte kan het zijn dat er een verhoogde bloeddruk in de bloedvaten van de longen ontstaat. Daardoor moet de rechterkant van het hart sneller werken. In veel gevallen lukt dat niet, waarna er bijvoorbeeld een hartaanval ontstaat. Een longembolie kan dus wel degelijk de dood tot gevolg hebben.
Longembolie herstel
Het is te kort door de bocht te stellen dat iedereen die een longembolie heeft, te maken heeft met een dodelijke situatie. In veel gevallen is een longembolie te behandelen. Door de stolselvorming te stoppen, zal het lichaam de bloedstollingen vanzelf opruimen. Dat kan door via een infuus of spuitjes heparine toe te dienen. Een behandeling duurt ongeveer vijf tot zeven dagen. Daarnaast krijgen patiënten ook altijd acenocoumarol tabletten voorgeschreven. Als het lichaam aan deze tabletten gewent is, is het mogelijk te stoppen met de heparine-injecties.
In het begin zal het zuurstofgehalte in het bloed laag blijven. Daardoor is het goed mogelijk dat de verpleger tijdelijk zuurstof geeft aan de patiënt. Daarmee kunnen ook ‘goede stolsels’ oplossen, waardoor oude operatiewonden opengaan en er nieuwe bloedingen ontstaan. Daarom is het geven van zuurstof geen voor de hand liggende behandeling.