Wie last heeft van een longembolie, heeft vaak verschillende klachten. Daarbij valt te denken aan kortademigheid, pijn op de borst en hoesten. Soms hoesten longembolie-patiënten ook bloed op. Minder vaak komen koorts en hartkloppingen voor. Toch kun je een longembolie hebben, zonder daar zelf iets van te merken.
Over het algemeen geven longembolieën namelijk niet zoveel klachten. Bij een kleine embolie is het mogelijk helemaal geen symptomen te hebben. Pas als de embolie groeit, krijgt de patiënt last van bepaalde klachten. Daarbij kun je denken aan plotselinge benauwdheid, prikkelhoest, een verhoogde hartslag, blauwe vingers en lippen, bewusteloosheid en het gevoel wat licht in het hoofd te zijn.
Het vaakst voorkomend
Ziekenhuizen houden nauwkeurig bij welke klachten het meest voorkomen. Mensen met en longembolie hebben het vaakst last van een snelle ademhaling en reutelgeluiden bij het in- en uitademen. Een snelle hartslag en koorts komen op de derde en vierde plek. De meeste mensen denken dat koorts bij een longembolie alleen voorkomt als er ook sprake is van een luchtweginfectie. Uit onderzoek blijkt dat dit lang niet altijd het geval is.
Minder vaak voorkomend
Minder specifieke klachten zijn het hebben van een oncomfortabel gevoel, overmatig zweten, duizelig zijn en flauwvallen. Die klachten worden minder vaak aan een longembolie toegeschreven, omdat het hele algemene klachten zijn. Daarom is het ook beter bij twijfel een arts te raadplegen.
Een acute longembolie
Van een longembolie kun je van de een op het andere moment last krijgen. Klachten en verschijnselen zijn namelijk bij 83 procent van de patiënten acuut. Het is ook zeker mogelijk dat je geleidelijk meer klachten krijgt. Dat varieert van uren tot dagen, tot zelfs weken.
Als de longembolie erg groot is, en zelfs levensbedreigend kan zijn, komt het regelmatig voor dat de bloeddruk meteen afneemt. Of een longembolie levensbedreigend is, bepalen artsen in het ziekenhuis aan de hand van een classificatiesysteem. Dat systeem bepaalt ook of er kans is dat de embolie terugkomt.
Wie kunnen klachten krijgen?
De meeste patiënten met klachten zijn boven de 65 jaar. Toch is het mogelijk op jongere leeftijd klachten te krijgen. Bijvoorbeeld als je al eerder een longembolie of trombose ebt gehad. Dat geldt ook voor rokers, of als er meer trombose/longembolie-patiënten in de familie zijn.
Mensen die bedlegerig of immobiel zijn, lopen ook een grotere kans op een longembolie, even als mensen die veel pillen gebruiken of onlangs geopereerd zijn. Ook een aangeboren stollingsstoornis en overgewicht kunnen een groter risico vormen.